Zonnepanelen en de salderingsregeling: hoe zit het nu écht?
Wat je in 2025 moet weten over de salderingsregeling voor zonnepanelen
De salderingsregeling zonnepanelen 2025 roept veel vragen op bij ondernemers. Lange tijd was het plan om de regeling geleidelijk af te bouwen, maar inmiddels is duidelijk: de regeling blijft bestaan tot en met 2026 en stopt daarna volledig per 1 januari 2027.
Tot die tijd mogen huishoudens en bedrijven met een kleinzakelijke elektrameter (t/m 3x80A) hun opgewekte stroom nog wegstrepen tegen hun verbruik, zonder belasting te betalen. Na 2026 vervalt dit recht. Wel is een terugleververgoeding dan verplicht gesteld voor energieleveranciers.
Wat betekent dit voor je zakelijke rendement? Is investeren in zonnepanelen nog aantrekkelijk? En waarom verschuift de focus steeds meer naar direct eigen verbruik? In dit artikel zetten we het op een rij.
Het veranderende speelveld rond salderen
De salderingsregeling maakte zonnepanelen jarenlang extra interessant, ook voor ondernemers met een kleinzakelijke aansluiting. De regeling bood de mogelijkheid om opgewekte stroom volledig te verrekenen met verbruik, wat resulteerde in een directe verlaging van de energiefactuur.
Hoewel het eerdere plan was om vanaf 2025 stapsgewijs af te bouwen, is nu gekozen voor een duidelijke knip: de volledige regeling stopt per 1 januari 2027.
De praktijk verandert echter nú al. Steeds meer energieleveranciers verlagen de terugleververgoeding, en sommige brengen zelfs kosten in rekening voor teruggeleverde stroom. Dit heeft directe impact op de kostenefficiëntie van zonne-energie.
Van terugleveren naar zelfverbruik
Voor ondernemers die het maximale uit hun installatie willen halen, wordt direct eigen verbruik steeds belangrijker.
Zolang je de opgewekte stroom direct inzet binnen je bedrijfsvoering — bijvoorbeeld voor verlichting, machines, koeling of laadinfrastructuur — vermijd je het leveringstarief, belastingen én netbeheerkosten. Die directe besparing ligt vaak rond de € 0,30 tot € 0,35 per kWh, terwijl de terugleververgoeding meestal beperkt blijft tot € 0,05 – € 0,13 per kWh.
Het verschil tussen verbruiken en terugleveren is dus substantieel, en bepaalt in grote mate het uiteindelijke rendement.
Terugleverkosten en andere aandachtspunten
Naast lagere vergoedingen zien we dat sommige leveranciers extra kosten rekenen voor teruglevering, zoals een hoger vastrecht of specifieke terugleverkosten. Dit maakt het nog belangrijker om je energiecontract jaarlijks te herzien of opnieuw in te kopen.
Daarnaast is er groeiende interesse in energieopslag. Een accu biedt de mogelijkheid om opgewekte stroom tijdelijk op te slaan en op een later moment — bijvoorbeeld ’s avonds — te gebruiken. Voor ondernemers met een stabiel verbruikspatroon en voldoende dakoppervlak kan dit op termijn rendabel worden, maar anno 2025 is de terugverdientijd nog relatief lang.
Wat betekent dit concreet voor jouw bedrijf?
Zonnepanelen blijven ook na 2027 interessant voor de zakelijke markt — maar het draait steeds minder om het terugleveren, en steeds meer om het optimaliseren van het eigen verbruik.
Wie nu investeert in zonnepanelen doet er goed aan te kijken naar:
- De verhouding tussen opwek en dagverbruik
- De contractvoorwaarden van de energieleverancier
- Mogelijkheden voor sturing, timers of opslag
- De fiscale voordelen en afschrijvingstermijn van de installatie
Slimme keuzes maken hierin vanaf 2027 het verschil.
Meer informatie over de salderingsregeling vind je op de website van de Rijksoverheid
Vragen over jouw situatie?
Bij Maximaal Advies helpen we dagelijks bedrijven hun energiekosten en terugleverstrategieën te optimaliseren. We analyseren verbruik, teruglevering, netwerkkosten en marktontwikkelingen — en adviseren onafhankelijk welke aanpak voor jou het meest rendabel is.
Plan direct een vrijblijvend adviesgesprek.
